Hoe groot moet een zwemvijver zijn?
Wat betreft de afmetingen kan een zwemvijver al vanaf 20 m2, maar eigenlijk gaat het dan eerder om een ploeterbad (zonder dat dit negatief bedoeld is, want lekker luieren in zo”n buitenbad kan erg aangenaam zijn). Wanneer men wat meer ruimte ter beschikking heeft, ongeveer 40 m2, dan zijn er beduidend meer mogelijkheden. Het is logisch dat de meeste vijverzwembaden langgerekt van vorm zijn: rechthoek, boon, maansikkel,¦ Toch moet men er voor oppassen niet te smal te gaan. Minder dan 3,5 meter breed is af te raden.
Een zwemmer heeft wat ruimte nodig. Een lengte van 8 m op een breedte van 4 m laat al toe wat “baantjes te trekken”. Vanaf een oppervlak van 60 m2 kan men er echt royaal in zwemmen. Er moet ook nog een vegetatiegordel en/of moeraszone bij. In de praktijk nemen de meeste van deze vijvers 70 tot 150 m2 ruimte in beslag. Dat betekent dat ze meestal wat groter zijn dan de gemiddelde klassieke zwembaden. Hoe groter de zwemvijver, hoe stabieler het biologische evenwicht.
Wat is de meest aangeraden diepte voor de zwemvijver?
Wat betreft de diepte is er een evolutie geweest het laatste decennium. Zowat tien jaar geleden werd een diepte van 180 à 200 cm aangeraden. Hoe kwam aan die diepte? Heel eenvoudig: op 180 à 200 cm diepte kunnen zelfs grote personen niet staan of wandelen, ook zij moeten er zwemmen. Veel aanleggers van vijverzwembaden zweerden bij deze diepte en sommigen weigerden zelfs minder diepe te bouwen. De reden was eenvoudig. De baders kwamen zo niet in contact met het bezinksel dat op de bodem kon liggen. Ondertussen staat de techniek van filteren veel verder. Door het gebruik van onder andere speciale skimmers en betere filtermaterialen wordt de vervuiling van de zwemvijverbodem echt tot een minimum beperkt.
Tegenwoordig is bijna iedereen het erover eens dat 150 cm de meest aangewezen diepte is zowel voor zwemvijvers als klassieke zwembaden. Uit internationale statistieken blijkt immers dat dit de veiligste diepte is. Bij diepere zwembassins verhoogt immers de kans op verdrinken en bij te ondiepe zwembekkens verhoogt de kans op verwondingen (tegen de bodem stoten bij springen bijvoorbeeld). We kunnen uiteraard kiezen voor een zwemvijver met verschillende dieptezones. De constructie wordt dan wel wat ingewikkelder en dus duurder.
Wensen we echt in het water te kunnen duiken dan is een diepte van minstens 250 cm aanbevolen op die plaats. Springen vanaf een springplank vraagt nog grotere dieptes. Er kunnen ook minder diepe zwemzones voorzien worden om te voorkomen dat bijvoorbeeld kinderen onmiddellijk in de diepe zwemgedeeltes terecht komen. Het ideale is voor hen een afzonderlijk ploeterbad aanleggen of een zone die echt afgescheiden is, dit voor de veiligheid van de kleintjes.
Kinderen moeten leren hoe zich te gedragen in en rond een zwemvijver. We moeten altijd waakzaam en voorzichtig moeten zijn, zoals dat het geval is met alle zwembaden en diepe vijvers. De beste manier om kinderen te beschermen is hen tijdig vertrouwd te maken met de vijver. Er dreigt vooral gevaar wanneer er vriendjes komen spelen. Deze kennen het element water niet en lopen soms pardoes in de zwemvijver. Indien u een speciale ondiepe zone voorziet voor de kinderen baken deze dan duidelijk af zodat de kinderen niet per ongeluk in de gevaarlijke diepe zones kunnen. Het ideale is een afzonderlijk ploeterbad aanleggen. Kinderen mogen nooit bij het zwembad zonder toezicht en de plaats wordt afgeschermd.